5de Kyu

Al onze trainingen worden geleidt door erkende trainers die worden bijgestaan door onze ervaren hulptrainers

Ukemi’s (valbreken)

Ushiro Ukemi (achterwaarts vallen)

Yoko Ukemi (Zijwaarts vallen)

• Migi Yoko Ukemi (rechts zijwaarts vallen).
• Hidari yoko Ukemi (links zijwaarts vallen).

Zempo Kaiten (voorwaartse koprol)

• Migi Zempo Kaiten (rechts voorwaarts koprol).
• Hidari Zempo kaiten (links voorwaarts koprol).

Voornaamste punten bij het valbreken:

• Hoofd steeds op de borst houden.
• Nooit naar de mat pakken.
• Niet op de ellenbogen vallen.
• Steeds een soepele rolbeweging maken.
• Geen schrik hebben voor de valoefening.

Woordjes:

• Hajime: begin, start.
• Mate: stoppen en onmiddellijk zwijgen.
• Zarei: geknield groeten.
• Ritsu rei: rechtstaand groeten.
• Dojo: oefenzaal.
• Obi: gordel.
• Judogi: judopak.
• Soremade: einde training, einde wedstrijd.
• Tori: uitvoerder Uke hij die ondergaat.
• Ukemi: valtechniek.
• Shizei: houding.
• Shin tai / tai sabaki:draaiende verplaatsing.
• Shizentai :judohouding.
• Kyoshi: halve kniestand.
• Aomuke: ruglig.
• Kesa: Flank.
• Shiho: Vierpunts, bovenop.
• Fudoshin: Onverstoorbaarheid in onvoorziene omstandigheden.

De worp bestaat uit 4 fases:

• Kumi kata: vasthouden of vastnemen van de judogi.
• Kuzushi: uit evenwicht brengen. 8 manieren om de partner uit evenwicht te brengen.
• Tsukuri: voorbereiding.
• Kake: worp.

Tellen:

• Een - Ichi.
• Twee - Ni.
• Drie - San.
• Vier - Shi.
• Vijf - Go.
• Zes - Roku.
• Zeven - Shichi.
• Acht - Hachi.
• Negen - Ku.
• Tien - Ju.

Geschiedenis:

• Stichter van het judo is Jigoro Kano, geboren in 1860 en gestorven in 1938.

Grondbeginselen van judo.

• Doel van judo: jita kioei: voorspoed en algemeen welzijn.
• Door: Seiryoku zen’yo: maximum doeltreffendheid met minimum inspanning.

Volgorde van de gordels:

Wit, geel, oranje, groen, blauw, bruin, zwart.

Hoe gordel knopen

Worpen

Koshi guruma.

Houdgrepen

kuzure kesa gatame:

Kami shiho gatame:

Yoko shiho gatame:

Tate shiho gatame:

Schakels:

• Van worp naar houdgreep (bvb van o soto gari naar kuzure kesa gatame gaan).
• Van worp naar worp (bvb tori komt ippon seoi nage in. Uke verdedigt door door de benen te gaan. Tori gaat verder met ko uchi gari).

Situaties:

Aanval op grond:

• uke op de rug, tori staat voor de voeten.
• Uke in vierpuntensteun, tori naast uke met greep aan de ellebogen.
• Verboden handelingen.
• Veiligheid voor uke door opgeven.
1. 2 x kort met hand of voet op tatami of partner klopje geven.
2. Mai ta roepen.
• Veiligheid voor tori door loslaten.

Exameneisen voor streepjes:

• Één streepje: 2 twee worpen en twee houdgrepen naar keuze.
• Twee streepjes: alle worpen en houdgrepen.
• Volledige gordel: volledige programma.